NACHTMERRIE STRANDT IN ZOMER
NACHTMERRIESTRAND IN ZOMER
Terwijl ik alleen nog maar om Cazi en zijn gekke fratsen kon lachen & het einde van tafel 404 in mijn hoofd werd afgeruimd, wist ik ook dat het soms nog veel erger kon.
Ik had Cazi ontmoet tijdens mijn tweede verblijf te Ouren - ik had 'm voor het eerst gezien toen ik de pagina's van tafel 404 tussen mijn vingers had voelen wegglippen, later die dag had hij aan een tafeltje vlak voor me vooral héél stoer zitten doen en anderen wijsgemaakt dat hij me kende.
Ik kon er alleen maar nog harder om lachen.
Het Natuurdal op de camping was zalig, het voelde fijn om daar weer te zijn, ondanks het drama dat er zich een maand eerder had voltrokken.
Ik had mijn gekke leven en de drukte van de stad geruild voor sfeer en gezelligheid aan de oevers van de Our. Tijdens wat 'tinternetten' dacht ik een leuke stek gevonden te hebben, daar zijnde beschreven als ideale plek voor wie van rust en stilte hield.
ongetwijfeld moet ik meteen BINGO gedacht hebben, het was ook meteen bingo ... zelfs ondanks de regen die meteen gevolgd was op de zonnigste dag van aankomst.
In een soort duel met de druppels, trotseerde ik grauwe dagen en bleef ervan overtuigd dat de weergoden ooit weer beter gezind zouden worden.
Ik genoot & probeerde vooral uit de schemerzone te geraken waar ik op één of andere manier was ingesukkeld.
En dat genieten lukte ook écht.
Alleen kon ik natuurlijk niet weten dat de regen nog wredere plannen met me had dan het zielige plannetje dat iemand anders me geflikt had.
OUREN 14072021/15072021 NACHT
meer tekening is er nooit écht nodig geweest
Een maand na het drama was ik teruggekeerd naar dezelfde plek - ik had wat verlofdagen weten te forceren en hoopte het trauma dat op mijn maag was blijven liggen énigszins te kunnen verwerken.
Het hilarische tafereel van een bende uit de Kempen, vlak voor mijn neus, had me daar zeker bij geholpen. Hier en daar zag ik bekende gezichten, niet dat ik de eigenaars van de bekende gezichten ook écht kende, maar ik wist wel dat ik ze in juli was tegengekomen, ... ergens halverwege een gesprek, halfnaakt gewikkeld in een handdoek, bij houtsprokkelen, tijdens de vlucht in een bar, op zoek naar warmte ....
Zij waren hier ook geweest, die nacht toen water als een bom over Wallonië trok en alles vernielde wat het op haar pad was tegengekomen, ....
Ik kuste mijn twee pollekes voor de kleerscheuren die er niet waren, al had het diepe groeven geslagen in de sporen van mijn zomer.
Ik probeerde mijn leven en vooral mezelf weer op de rails te krijgen en dat lukte aardig. Ik zat al maanden zonder televisie, als in een soort van bewuste keuze, en dat voelde goed. Tijd voor verveling was er nooit. Meer dan ooit werden potloodpunten geslepen, verhalen verzonnen, azerty's in snelle slagen per minuut bewerkt.
Ik voelde me weer hélemaal zoals het hoorde te zijn. Gelukkig maar!
In de naweeën van een dramatische zomer, trok ik een jaartje later mijn stoute botinnekes aan om opnieuw te kamperen aan de oevers van ....
De regen zou me toch zeker géén 2 keer bij datzelfde pietje hebben .... hoezo mijn pietje???
Het was bovendien een hele hete zomer, heel anders dan die van 2021.
En toch voelde ik een soort tristesse als mooi zonlicht het kabbelende water van de Ourthe deed opflikkeren. Wat ik zag weerspiegelen was niet alleen mooi, maar trok een sluier over alles wat een wassende rivier had achtergelaten & dat "nog steeds" geen nieuwe kleur had gekregen.
Ik raakte bijna in een soort comateuze shock.
Was dit ons land? Was dit hoe we met vooruitgang omgingen? Maakte ik hier écht deel van uit?