27052025
wolken hingen te druilen
daarvan werd je kletsnat
nergens plek om te schuilen
de weergod die regen aanbad
moest vast zijn hartje luchten
het leek wel groot verdriet
bij wind hoor je hem zuchten
terwijl ie van wat zon verschiet
27052025
ik kon maar niet beslissen
wist niet goed wat te doen
bang om me te vergissen
het wordt zowaar nooit meer als toen
26052025
geen zin in maandagochtend
teveel weekendgevoel
de slingerweg
te bochtend
een tegenligger
foute boel
knalt vlammend in de haag
meteen ben ik klaarwakker
de zon al fel
hangt ergens laag
denkt 'gij' se arme stakker
zijn pols 2x gebroken
zijn handje hangt wat slap
veilig voorbij gestoken
zo zie je maar
ga nooit te rap
26052025
voorspelt veel en slecht weer
terwijl de zon mooi scheen
zorgt het meteen voor goeie sfeer
de kust
het strand
allen daarheen
23052025
verscheen weer in mijn droom
bizar
heel vreemd verhaal
hij leed aan een zeldzaam syndroom
en sprak verkeerde lichaamstaal
hij had iets uit te leggen
was niet geïnteresseerd
had hem niets meer te zeggen
het tij al veel te lang gekeerd
23052025
zwaar ronkende motoren
schroevend een helikopter
je kan luid roepen horen
zo gek
want niemand stopt er
het lichaam in de gracht
gaat 1 keer kopje onder
ik zet mezelf even in wacht
gaat niet alleen
niet zonder
ik schenk een helpend handje
hoezo
hij is verdwenen
ik vraag aan mijn verstandje
nam hij misschien de benen
het opgezette spel
want zie hem vluchten op mijn fiets
wuift me nog na
toeters & bel
tot hij verdwenen is in 't niets
22052025
de dag start fris en grijs
mijn handjes licht bevroren
de dauwtrip van de kleine meys
het veld in `gouden koren
dus doe van stroo'tje trek
joepi het langste eind
& trek daarbij een gekke bek
de lucht oogt nu mooi afgelijnd
wit straalgas van een jager
een vogel ingekaderd
zo mooi & fiets wat trager
het wegdek doorgebladerd
hoe boeiend
hoe verhaal
ben me erin verloren
en voel dan plots de zonnestraal
nog gouder dan het koren
21052025
er was nog altijd hinder
nu bijna dik een jaar
vanaf de brug tot ginder
het eindpunt waar ik nu naar staar
lag alles onder zand
de buurt onder het stof
de modder stuitert van mijn band
in dikke klodders
vettig
grof
soms blijf ik steken met mijn wiel
en fiets door diepe sporen
daarbij voel ik me best debiel
mocht mijn gevloek je storen
20052025
lang weekendje kamperen
de nachten berekoud
dus knusjes wat ijsberen
de rodenberg
daar liep het fout
het ging me daar steil bergop
ja lap
ketting eraf
ik nood
ik rem
miljaarde stop
er ook bijna de brui aan gaf
20052025
woehoew in korte mouwen
ik niet
de an'dre kant
voel me daarbij de flauwe
met nog handschoentjes bij de hand
16052025
ik hoor een boomstam kreunen
zijn kringen zetten uit
& wil ertegen leunen
volslank gewassen uit de kluit
16052025
ik hoor vreemde geluiden
maar nergens iets te zien
zou dat soms iets beduiden
dacht aan een cijfer
denk dertien
de plotse gekke kat
de sporten van een ladder
haar kleur
je raadt het al is zwart
spint naar vlindergefladder
neen hoor
ze brengt geen ongeluk
kromt alleen maar haar staart
terwijl ik verder bloemen pluk
de avond valt
het wordt al laat
15052025
ik zie iemand op loopsloefkes
zijn tempo is gezaap
een oude dame
twee woefkes
vielen daarbij terug in slaap
15052025
gehaast twee blauwe zwaailichten
oorverdovend geloei
het spalken van beengewrichten
viel uit de boom
bij takgesnoei
15052025
was weggedoken in de tijd
alsook in mijn gedachten
soms was het groots
soms wereldweid
soms iets waar we om lachten
14052025
het einde van de straat
het blauwe bord met rode streep
de weg die niet meer verder gaat
ik ze daarbij een beetje neep
wat speelt daar in het niets
heb het zonet ontdekt
het monster trekt me van mijn fiets
het stinkt keihard
is langgerekt
mijn hart bonkt vol van angst
wat is er net gebeurd
misschien denkt ie
een goeie vangst
me daarbij alsmaar verder sleurt
het wordt me wat teveel
waar ben ik aanbeland
het grijpt me zowaar naar de keel
spot in een flits een scherpe tand
verstijf
bijna in zwijn
als angst me toch verlaat
hier wil ik echt waar
nooit meer zijn
het doodlopende
van de straat
14052025
de slingerweg
doe tringeling
iemand vlamt door de bocht
ik in mijn hoofd een lie'ke zing
het Sportpaleis
zot uitverkocht
dus denk weer aan de show
vol leut
& entertainment
just going with the flow
het maakt me blij
vrolijk gestemd
13052025
ik schrok van een figuur
plotsklaps vlak voor mijn neus
& klem mijn handen om mijn stuur
hij oogt heel groot
een echte reus
moet om mezelf lachen
want fiets enkel mezelf na
jawel heb het weer vlaggen
probeer
zo snel de hoek omsla
dat heeft geen en'kle zin
ik trek nog steeds de kop
en tegen beter weten in
roep ik 'm toe
awel gij daar
alé daar
STOP
we botsten op elkaar
wat hélemaal niet kan
terwijl ik naar mijn schaduw staar
& snap er heel'maal nikske van
12052025
ik slinger door de bocht
en zigzag tussen paaltjes
het is misschien wat vergezocht
het landschap oogt maar kaaltjes
ik blik op een woestijn
het is al een paar weken droog
en denk hier moet ik echt niet zijn
liever een pintje aan den toog
dus les ik snel mijn dorst
het stelt niet zoveel voor
roep luidop schol
uit volle borst
en schrik want slechts mezelf hoor
de kroeg nu bijna leeg
slurp aan mijn laatste glas
terwijl het naar mijn kopke steeg
nu echt de allerlaatste was
12052025
was nog een beetje moe
het weekend vloog voorbij
de wei staat vol
ze roepen boe
alweer maandag
al 12 mei
10NAAR
de wind ruist bijna als de zee
het strand
de golfbreker
en neemt al mijn gedachten mee
ik stond er bij
en keer er
naar
09052025
de zon trekt fel contrast
mijn schaduw tekent zwart en hard
met moeite
maar grijp 'm snel vast
& durf daarbij te wedden dat
hij me meteen ontglipt
zoals iedere keer
bij spitsverkeer
klokvast
& stipt
bij lente
en bij prachtig weer
09052025
een foto
mooie zonsopgang
de vroege vogel Erik
terwijl ik nog een uiltje vang
of moog'lijk staar naar koffiedik
08052025
de zon glom al in ruiten
ze was er heel vroeg bij
de heerlijkheid
het buiten
het schone weer van de party
08052025
de ochtend winterachtig
trek toch handschoentjes aan
de zonsopgang zo prachtig
mijn woorden laten zich weer gaan
het pad ligt vol met gruis
gevallen van de bomen
spitsvondig
zie nog net de muis
kan aan de kat ontkomen
die tuurlijk nog met honger zit
en moet nu weer op jacht
de muis die piept
& zucht
& slikt
net door de kat niet afgeslacht
ze ligt nog op de loer
ze moet
ze hoopt
ze wil
ze zal
al wachtend
alsook stoïcijns stoer
& snorrend bij de muizenval
07052025
mijn beentjes bollen goed
mijn wielen rollen snel
ik sluit aan bij de fietsenstoet
vol fileleed
kommer
& kwel
06052025
de show zindert nog na
spektakel op de turnvloer
wuif naar 't publiek
geen ma
geen pa
de kat heel krols
& op de loer
de kleuters komen piepen
in glitterpakjes
soms te groot
een koprol in het diepe
hun wangen kleuren vrolijk rood
in keurslijf op de tumblingbaan
temp salto temp temp schroef
nog steeds op beide benen staan
& nemen de som op de proef
de acro acrobaten
plooien vlotjes in twee
vormen in alle staten
souplesse zit hen zeker mee
een wervelend applaus
een sterk staaltje gymnastiek
net als een rekker in een kous
lijken ze soms van elastiek
05052025
daar was je weer
mijn schaduwrijk
je aapt me altijd na
waarheidsgetrouw
van grote blijk
& overal waar ik maar ga
vandaag voluit
de zon al fel
morgen niet want dan wolkendek
je tint lichtgrijs
soms zwart jawel
als ik gek doe
jij even gek
soms word je onderbroken
door vormen veel robuuster
ben je ondergedoken
het doel alsmaar bewuster
je raakt me nooit meer kwijt
ik blijf je altijd volgen
soms teken ik je na met krijt
soms blijf je lang verborgen